De meeste huidige rookmelders in het bedrijfsleven worden jaarlijks verplicht aan een test onderworpen door ‘testgas’ in de melder te spuiten. Dit geeft schijnveiligheid. Bovendien wordt met deze “test” voorbij gegaan aan het doel van de rookmelder, namelijk het snel detecteren van een beginnende brand, zodat er vroegtijdig gehandeld kan worden om ergere situaties te voorkomen. Dit moet en kan anders, volgens Gauke De Bruin-Spijkers, Segmentexpert Enterprise, Safety & Security bij Ascom.
De inzet van de juiste brandmelders voor de verwachte brandgrootte zorgt voor een optimale werking van het brandmeldsysteem, maar in veel omgevingen is dit na verloop van tijd vaak niet meer te borgen. Het gebruik van slimme rookmelders neemt hierdoor een vogelvlucht.
De Bruin-Spijkers legt uit dat slimme rookmelders met smart detectie compenseren bij verschillende soorten vervuiling en een melding geven wanneer ze niet meer in een vroeg stadium een beginnende brand kunnen detecteren. Dit wordt ook wel DYFI+’ smart detectie genoemd. Deze methode reduceert het aantal ongewenste brandmeldingen met gemiddeld 70 procent ten opzichte van traditionele rookmelders). Het systeem in de slimme brandmelder controleert elke 24 uur de werking van de melder door een ‘zelftest’ te doorlopen aan hand van de SelfVerify-techniek. De vervuilingsgraad per melder is in het systeem zichtbaar, waarbij er zeer nauwkeurig advies gegeven kan worden wanneer een brandmelder aan vervanging toe is.
Verminderen van nodeloze alarmen
Door de vervuilingsgraad van de slimme rookmelder te analyseren, is er eenvoudig aan te geven wanneer en welke melders vervangen moeten worden. Hierdoor is de TCO niet meer gebaseerd op andere gemiddelde brandmeldsystemen of de verwachting van de fabrikant, maar op het brandmeldsysteem van de gebruiker zelf. Dit voorkomt nodeloze alarmen en verzekert de gebruiker ervan dat de melder blijft functioneren ongeacht de leeftijd. “Hierdoor is deze techniek veel betrouwbaarder dan eens per jaar met veel testgas in een rookmelder spuiten. Het gebruiken van testgas vervuilt bovendien de rookmelder door de chemische samenstelling van het gas”, aldus De Bruin-Spijkers.
Minder kosten én beter voor het milieu
De slimme rookmelders hebben zich in de afgelopen jaren ruimschoots bewezen, zelfs in omgevingen met veel vervuiling, zoals in de zware industrie. Echter zijn veel fabrikanten niet in staat deze technologie toe te passen op rookmelders, waardoor ze de gebruiker “verplichten” de melders preventief te vervangen, veelal binnen de 8 á 10 jaar na aanschaf op advies van de fabrikant. Maar hierbij wordt geen rekening gehouden met het feit dat de rookmelder al veel eerder vervuild kan zijn”.
Volgens De Bruin-Spijkers is dit niet meer van deze tijd. “Het Noorse bedrijf Autronica, specialist in hoogwaardige producten voor brandveiligheid, heeft deze DYFI+- en Self Verify-techniek al meer dan 20 jaar in hun brandmelders zitten en zijn bij uitstek koploper op dat gebied. Daar plukken hun klanten tot aan vandaag nog steeds de vruchten van. Autronica maakt geen producten om na 8 of 10 jaar te vervangen. De rookmelders moeten vervangen worden als ze niet meer tijdig een smeulbrand kunnen detecteren, of dat nu is na 5, 10 of 20 jaar. Zo besparen we niet alleen veel geld, maar ook het milieu”.